Dit is een vraag die me vaak gesteld wordt. En het antwoord is niet zo simpel, maar de liefde voor dit Afrikaanse land begon al vanaf de eerste dag dat ik hier was.

April 2001. Super zenuwachtig, pas 1 keer eerder gevlogen, nog nooit alleen op reis geweest, enorm in de file op weg naar Schiphol dankzij een voetbalwedstrijd van Ajax. De zenuwen gieren door mijn keel. Wat ga ik in vredesnaam doen? Wie heeft dit bedacht?

Ik ga voor een half jaar naar Ghana om vrijwilligerswerk te doen. En natuurlijk heb ik dat zelf bedacht… Gestopt met mijn studie, omdat het achteraf niet de juiste keuze was. Hard gaan werken bij de Appie zodat ik er een poosje tussenuit kon. Vanwege een enorm geromantiseerd verlangen wilde ik al van kleins af aan naar Afrika. Nu is Afrika enorm groot met haar 54 landen, maar in die tijd was Ghana 1 van de eerste keuzes voor een ieder die vrijwilligerswerk wilde gaan doen. Dus ook voor mij. Veiligheid, Engels en veel organisaties en projecten.

De eerste weken ben ik totaal overweldigd

De hitte zodra ik het vliegtuig uitstap, de geur. Zo vreemd maar toch ook lekker, inmiddels is dit een geur van herkenning. De hoofdstad Accra is enorm, zoveel mensen, zoveel auto’s en minibusjes, zo’n chaos. Overal waar je kijkt is er iets te zien. Mensen met enorme ladingen op hun hoofd. Straatverkopers met een zeer uitgebreid assortiment. Van eten en drinken tot klein meubilair en massage staven. Geiten bovenop een vrachtauto, enorme koeien midden op straat. Maar hoe overweldigt ik ook ben, ik voel me fijn en veilig.

Van de stad naar een dorp in Ashanti

De rit van Accra naar Kumasi vond en vind ik nog steeds prachtig. Wanneer je de stad achter je laat en het groene, soms heuvelachtige landschap tevoor schijn komt. De grote weg gaat dwars door dorpjes en steden. In de dorpjes lijkt iedereen hetzelfde langs de straat te verkopen en ik kom er achter dat het niet alleen in Accra een chaos is. Veel later kwam ik er pas achter dat het een zeer georganiseerde chaos is. Maar dat zie je in het begin echt niet.

Mijn eindbestemming is het dorpje Banko. Op zo’n 45 minuten van de hoofdweg tussen Accra en Kumasi. Nadat we van de hoofdweg afgaan wordt de omgeving nog weidser en wanneer we wederom een chaotische grotere plaats voorbij zijn dan benemen de prachtige bergen me de adem. Mag ik hier een half jaar zijn, wow!

Obruni obruni

Heel eerlijk, de eerste weken in het prachtige dorp Banko zijn niet makkelijk. Ik ben een bezienswaardigheid met mijn witte huid en iedereen roept obruni (witte) naar me en men vertelt hele verhalen aan me in de lokale taal. Ik versta er geen klap van. Dus gaan mensen soms harder praten, maar dat helpt natuurlijk niks. Ook wanneer mensen wel Engels spreken dan is de communicatie moeizaam. Het kost zowel mij als hen tijd om aan elkaars accent te wennen.

Alles is anders dan ik gewend ben in Ghana

Het eten, de wc wat een gat is, de mensen, de taal, het vervoer, het weer en ga zo maar door. Waar ik soms echt een slechte dag heb door gebrek aan communicatie, geniet ik tegelijkertijd van de rust die over me heen komt. Ik slaap supergoed, schrijf veel en leer om gewoon te ‘zijn’. En dat in een prachtige omgeving met hele lieve Ghanese mensen om me heen.

Ik leer het ‘vreemde’ eten waarderen en geniet van mijn gastgezin. Ik leer lachen om de ‘irritante’ dingen, zoals me vragen waar ik heen ga telkens wanneer ik met een wc-rol langskom. Of erger nog wanneer ik in de nacht naar het buitentoilet moet en mijn angst voor heel veel beestjes moet overwinnen.

Op ontdekkingsreis door de rest van Ghana

In mijn vrije tijd heb ik de kans om de rest van dit prachtige land te ontdekken. Olifanten, hitte en droge lucht in het noorden, watervallen door het hele land verspreid. De mooie kust met de vreselijke geschiedenis van de slavenhandel en de bijzondere Volta regio. Dit allemaal met lokaal vervoer. Ik leer dat de weg naar iets toe in Ghana al super bijzonder kan zijn. Leuke gesprekken met mede passagiers in de tro tro’s, overal enorm behulpzame mensen en de uitzichten zijn schitterend.

Ik wil niet terug naar Nederland na mijn half jaar in Ghana

Ondanks het feit dat ik soms droom van sommige Nederlandse gerechten, ik natuurlijk mijn familie en vrienden mis wil ik helemaal niet weg uit Ghana. Hoe dit komt, ik kan het zelfs anno 2022 nog niet helemaal uitleggen. Zoals je wellicht weet ben ik in 2010 definitief verhuisd naar het dorpje Banko in Ghana. Waarom? Om alles wat ik hierboven beschreven heb en vooral mijn gevoel van thuis zijn hier.

Sinds ik hier woon is het gevoel alleen maar sterker geworden. Een eigen huis, een prachtige tuin en de kans om met de natuur te leven. Ik ben omringd door vlinders, vogels, geweldige mensen en ik kan fruit en groenten uit mijn eigen tuin plukken en eten.

Inmiddels heb ik vele vrijwilligers mogen ontvangen en begeleiden in Moon&Star guesthouse en ik zie heel vaak hetzelfde bij hen gebeuren. De eerste weken van wennen, en dan de transitie naar zich compleet thuisvoelen in prachtig Ghana. En net als bij mij is het voor hen ook een onbeschrijvelijk gevoel. Geen zorgen! Lang niet elke vrijwilliger gaat uiteindelijk emigreren;) Klik hier om Cecilia’s verhaal over vrijwilligerswerk in het buitenland te lezen.